Chaos is vrijheid.

oktober 5, 2014 suzan

Vorig blog bereed ik mijn stokpaardje… onderwijs dat creativiteit bij leerlingen de ruimte wil geven moet meer ‘prutstijd’ durven faciliteren…tijd om ogenschijnlijk doelloos bezig te zijn met iets. Op het moment dat ik dat bespreek met docenten zijn zij weliswaar geprikkeld maar verschijnen er al gauw veel beren op de weg die allemaal geschoten moeten worden. Ik heb al zo weinig tijd! Ik moet aan het eind van de week wel verantwoorden waarom ik niet veel verder ben gekomen in het werk. De planning van de methoden zijn zo strak. Ik kan me niet meer lestijdverlies verantwoorden… Alle beren hebben op de één of andere manier te maken met ‘tijd’.

Afgelopen week had ik een inspirerende ‘brainstorm’ sessie met Esmée Olthuis. Hoofdvakdocent bij de hippe bachelor ‘musician 3.0’ van het conservatorium van Utrecht. Zij doceert ‘creatieve maakprocessen’. Zelf een briljante saxofoniste, bandleider en ontwerper van de Kobranie way of making music (Leading from the inside out). Kortom: de vleesgeworden creatieve droom.

Samen geloven wij erg in ‘practise what you preach’. Wij hadden dus beide onze hele dag schoongeveegd. Wandelschoenen in de auto, op weg naar het huis in het bos waar Esmée woont met paarden, honden en een hele lieve kitten. Concreet moesten we drie projecten die we samen doen uitwerken en concretiseren. Alledrie nascholings-trajecten voor docenten in PO en VO die creativiteit en creatieve processen bij hun leerlingen willen stimuleren en ondersteunen. Wij gunnen onszelf in dit traject veel prutstijd. Zo lang mogelijk vermijden we het vastleggen van ‘hoe’ we dit gaan doen. We bevragen elkaar steeds weer. We komen vaak weer op eenzelfde punt uit, maar dan wel met meer begrip en meer gevoel voor wat er nodig is. Klinkt het vaag? Ja, dat is het ook. Maar het effect is dat de ruimte die we onszelf gunnen een voedingsbodem is van waaruit we in een kwartier tot inspirerende en concrete producten kunnen komen. We ontwerpen geen ‘nascholings-traject’ maar concretiseren een nieuw gedachtengoed, ons gezamenlijke gedachtengoed: daar waar we elkaar ontmoeten en de verbinding willen aangaan.

Ruimte dus. Ruimte voor je proces. Ruimte voor meer dan alleen het eerste idee. Ruimte om uit te proberen. Ruimte om je ideeën aan iemand anders te scherpen. Ruimte ook om niet te weten. En daarvoor heb je lef nodig. Lef om alle bestaande structuren waarlangs je denkt, al je gewoonten en ook je overtuigingen los te laten. Ik vind dat doodeng. In mijn hoofd ontstaat dan chaos, en daar hou ik niet van. Esmée vindt dat heerlijk die chaos. En langzaamaan begrijp ik waarom. Voor Esmée linkt chaos aan vrijheid. Ze houdt van chaos omdat ze in die schijnbare contextloosheid de vrijheid vindt om nieuwe verbindingen, nieuwe inzichten op te doen.

En zo vonden we afgelopen week een heel belangrijk aanknopingspunt voor de trajecten die we samen gaan doen. Als we werkelijk in het onderwijs een verandering willen brengen moeten we beginnen bij de docenten. Het is niet hun eigen artistieke vaardigheid maar de ruimte die zij bij zichzelf kunnen gaan voelen en voeden die de creativiteit van hun leerlingen vleugels zal geven. Om die ruimte te vinden is moed en vertrouwen nodig.

In alle gesprekken die ik voer in het onderwijs voel ik het verlangen van mensen. Het verlangen naar ruimte om de fantasie van het kind te volgen, om recht te doen aan alle verschillen tussen kinderen. Het verlangen om in contact te zijn. Ik denk dat je dan bij jezelf moet beginnen. Jezelf ruimte geven om je fantasie te voeden, de interne verschillen in jezelf ruimte te geven en in werkelijk contact te zijn. Daarvoor is moed en vertrouwen nodig. Om je eigen vaste patronen te bekijken, los te laten en in het diepe te springen. Dan zul je vleugels vinden.